Aruba

De logica achter de indeling van de Arubaanse ministeries

De logica achter de indeling van de Arubaanse ministeries
ministers in het te vormen kabinet Wever-Croes II

Na de recente verkiezingen in Aruba werkt de formateur hard aan de samenstelling van een nieuw kabinet. De samenstelling is belangrijk in meerdere opzichten. Welke dienst en welk takenpakket stop je in welk ministerie? Dat is een keuze en de samenhang daarvan is belangrijk voor de slagkracht van het bestuur. De Staatsregeling begrenst de mogelijkheden, maar biedt ruimte om keuzes te maken. Mr. Jeff Sybesma [1] geeft in deze opiniebijdrage een voorzet.

De Staatsregeling van Aruba stelt in artikel II.5 dat bij landsverordening de ministeries worden ingesteld die onder leiding staan van een minister. Artikel II.6 beperkt het aantal ministers tot negen. De landsverordening van 19 december 2013 houdende nieuwe bepalingen ten aanzien van de instelling van ministeries constitueert de verschillende ministeries en vult deze nader in. Die landsverordening is in 2016 en 2018 gewijzigd. De Arubaanse ministeries zijn op dit moment:

  1. Algemene Zaken, Integriteit, Overheidszorg, Innovatie en Energie.
  2. Financiën, Economische Zaken en Cultuur.
  3. Justitie, Veiligheid en Integratie.
  4. Toerisme, Volksgezondheid en Sport.
  5. Onderwijs, Wetenschap en Duurzame Ontwikkeling.
  6. Sociale Zaken en Arbeid.
  7. Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur en Milieu.
  8. Transport, Communicatie en Primaire Sector.

Bij de formatie wordt onderhandeld wie welk ministerie toebedeeld krijgt. Er zijn gewilde ministeries en minder gewilde. Financiën en Justitie zijn meestal hoofdpijn-ministeries terwijl portefeuilles als Ruimtelijke Ontwikkeling, Infrastructuur, Transport en Toerisme veel meer gewild zijn. Je kan er als minister of partij makkelijker mee scoren.

Deze opinie gaat echter niet over wie wat krijgt. Dat is een voornamelijk een politiek gebeuren. Waar ik hier bij stil wil staan is de indeling van de diverse ministeries. Ik vraag me namelijk af of er een logica zit achter de diverse onderdelen van een ministerie. En ik wil me daarbij focussen op Duurzame Ontwikkeling en Natuur en Milieu.

Duurzame Ontwikkeling

De minister van Onderwijs en Wetenschap heeft ook Duurzame Ontwikkeling in zijn portefeuille. Duurzame Ontwikkeling is een ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.

In 2015 formuleerde de Verenigde Naties zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen, de zogenaamde Sustainable Development Goals (SDG’s). Deze samen vormen een universele roep om actie om ervoor te zorgen dat in 2030 armoede is uitgebannen, onze planeet adequaat wordt beschermd tegen uitputting en dat iedereen in vrede en voorspoed mag leven. Een zeer ambitieus plan.

De SDG’s vormen een integraal raamwerk waarbij onderkend wordt dat alle activiteiten met elkaar verbonden zijn en dat een duurzame ontwikkeling van een land een balans betekent op alle maatschappelijke terreinen. Een dergelijk belangrijk en ministerie-overschrijdend onderwerp zou naar mijn mening eerder onder de minister van Algemene Zaken moeten vallen [2].  Of – nu er slechts acht ministeries zijn ingesteld in Aruba en de Staatsregeling er negen toestaat – onder een geheel nieuw op te richten ministerie.

Natuur en Milieu

Als we kijken naar de indeling zoals die bestond onder het kabinet Wever-Croes I zien we dat Milieu gekoppeld is aan Ruimtelijke Ontwikkeling en niet aan Volksgezondheid. Is deze combinatie ook terug te zien in andere autonome delen van het Koninkrijk?

Eerst Nederland. Daar kent het demissionair kabinet Rutte III een minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en een minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Tevens is er een minister zonder portefeuille benoemd met Milieu en Wonen, die organisatorisch echter wel geplaatst is onder de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Milieu wordt dus als belangrijk gezien om een eigen minister toegewezen te krijgen.

In het kabinet Rutte I en Rutte II was het anders georganiseerd en was er een minister van Infrastructuur en Milieu en een minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Weer daarvoor – onder Balkenende IV – had je de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Natuur, Milieu en Volksgezondheid in drie verschillende ministeries.

In Sint-Maarten zien we een minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening, Milieu en infrastructuur en een Minister van Volksgezondheid, Sociale Ontwikkeling en Arbeidszaken. Min of meer gelijk aan die van Wever-Croes I op Aruba. Tenslotte, zien we in Curaçao onder premier Rhuggenaath en nu onder premier Pisas een minister van Gezondheid, Milieu en Natuur. Alle drie zorggebieden onder één nummer.

Logica

Mij ontbreekt op dit moment de logica van de beweegredenen hoe men tot een portefeuilleverdeling binnen en tussen ministeries op Aruba komt. Misschien staat dat in diverse memories van toelichting op de wetgeving. Soms kan je iets wel beredeneren. Volksgezondheid kan mogelijk iets met Sport te maken hebben (mensa sana in corpora sana), maar hoezo met Toerisme? Wat is de relatie met elkaar?

Ik zou toerisme veel eerder onder Economische Zaken zetten, want zij is immers de grootste economische pijler van Aruba. En kijk naar Ruimtelijke Ontwikkeling en Infrastructuur. Waarom is Milieu (met mogelijk ook Natuur) daaraan gekoppeld? Ruimtelijke Ontwikkeling en Infrastructuur dienen ter ondersteuning van andere zorggebieden van de overheid door beleidsmatig de beschikbare ruimte van het eiland in te delen en te ontsluiten. Dat is Milieu en Natuur niet. Dat is een op zichzelf staand zorggebied met totaal andere uitgangspunten.

Voor mij is de meest logische combinatie die van Volksgezondheid met Milieu en Natuur. Immers, deze drie terreinen van overheidszorg hebben één noemer: de mens staat centraal. Milieubeheer wordt gedefinieerd als de zorg voor de leefomgeving van de mens, terwijl Volksgezondheid zich enerzijds richt op de gezondheidstoestand van de bevolking en anderzijds op het geheel aan activiteiten ter bevordering van de gezondheid van de bevolking.

Beiden zorgterreinen liggen logisch in elkaars verlengde. Natuur vormt daarbij aansluitend een gelijksoortig belang door het beschermen van bepaalde elementen van de wilde natuur, in het bijzonder cultuur-historisch belangrijke of oorspronkelijke landschappen, bedreigde leefgemeenschappen, dier- en plantensoorten, biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen, alles ten behoeve van het welzijn van de mens.

Regeerprogramma Wever-Croes II

Ik hoop dat bij het opstellen van het Wever-Croes II Regeerprogramma heel goed gekeken wordt naar de samenhang van de diverse diensten en portefeuilles binnen ieder ministerie,  zodat de werkzaamheden binnen de ministeries elkaar ondersteunen en zelfs versterken. Daarmee wordt zoveel mogelijk vermeden dat bepaalde zorgterreinen stiefkindjes worden. En dat door verschuivingen van taken een veel logischere overheid tot stand wordt gebracht met uiteindelijk een betere maatschappij.


[1] Jeff Sybesma is bioloog én jurist. Hij is lid van de Raad van Advies Curaçao, parttime docent staats- en bestuursrecht én milieurecht. Ook is hij bijzondere rechter in ambtenaren en sociale zaken. Deze bijdrage is volledig op eigen titel geschreven.

[2] In de praktijk is de minister van algemene zaken aanspreekpunt voor de SDG’s. Bijvoorbeeld, de leden van de Nationale SDG Aruba Commissie vallen onder diverse ministers, maar de voorzitter van de commissie is speciaal adviseur van de minister van algemene zaken met betrekking tot multilaterale zaken. Correspondentie over de SDG’s loopt via de minister van algemene zaken [http://www.sustainablesids.org/wp-content/uploads/2018/09/The-Aruba-SDG-Roadmap.pdf].

Deel dit artikel