Gerecht Aruba verbiedt werkzaamheden op Isla di Oro
ORANJESTAD – Het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba heeft beslist dat de vennootschap J.O.B. Holding & Management V.B.A. geen werkzaamheden mag verrichten op Isla di Oro zonder een vergunning. Dit vonnis volgt op een rechtszaak aangespannen door de stichting Fundacion Parke Nacional Aruba (FPNA) en verschillende andere natuurbeschermingsorganisaties.
De stichting Fundacion Parke Nacional Aruba, samen met andere natuurbeschermingsorganisaties, eiste dat J.O.B. Holding & Management zou stoppen met alle werkzaamheden op Isla di Oro zonder een aanlegvergunning.
Op het eiland Isla di Oro, dat onder het beheer valt van Nationaal Park Arikok, zijn volgens deze organisatie ongeoorloofde werkzaamheden aan de gang. Er zouden zonder de benodigde aanlegvergunning activiteiten plaatsvinden. Het eiland, dat tussen Pos Chiquito en Savaneta ligt, is van groot ecologisch belang; het is de enige plek op Aruba waar mangroven, zee en koraalriffen op een gezonde manier met elkaar verbonden zijn, aldus Nationaal Park Arikok.
Isla di Oro is erkend als een Key Biodiversity Area door de International Union for Conservation of Nature en valt onder het Ruimtelijke Ontwikkelingsplan met Voorschriften 2021 en de Marine Protected Area. Het gebied heeft ook de status van Ramsar-gebied.
Recent zijn er zonder toestemming metalen voorwerpen verwijderd en is wit zand aangebracht voor strandcreatie, wat schade aan de mangrove veroorzaakt heeft, aldus Nationaal Park Arikok.
In juli 2023 had JOB het erfpachtrecht op een perceel domeingrond op Isla di Oro overgenomen. Vanaf maart 2024 werd geconstateerd dat JOB daar werkzaamheden uitvoerde zonder de benodigde vergunning. FPNA vroeg daarop het Gerecht om een onmiddellijke stopzetting van deze activiteiten.
Dwangsom
Het Gerecht geeft FPNA nu gelijk en verbied JOB verdere werkzaamheden te verrichten op straffe van een dwangsom van 250.000 florin per dag, met een maximum van tien miljoen. Daarnaast verbiedt het Gerecht de overheid van Aruba om het erfpachtrecht te verlengen als dit in strijd zou zijn met de natuurbeschermingswetten.
De advocaten van het Land Aruba en JOB voerden aan dat FPNA geen spoedeisend belang had bij haar vorderingen, maar het Gerecht verwierp deze argumenten. Het benadrukte dat de natuurbeschermingswetten strikt moeten worden nageleefd om de ecologische waarden van Aruba te behouden.
Dit vonnis zet een belangrijke precedent voor de bescherming van natuurreservaten op Aruba. Het onderstreept de noodzaak voor bedrijven om de juiste vergunningen te verkrijgen voordat zij werkzaamheden uitvoeren in ecologisch gevoelige gebieden. De uitspraak is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat JOB onmiddellijk moet stoppen met alle werkzaamheden op Isla di Oro totdat een definitieve beslissing in een bodemprocedure is genomen.