‘Pensioenleeftijd moet omhoog’
ORANJESTAD – Als de pensioenleeftijd wordt verhoogd naar 66 jaar, kan het pensioenfonds nog vooruit tot 2030. Om de oudedagsvoorziening structureel gezond te houden, moet de pensioenleeftijd naar 67 jaar.
Dat heeft de directeur van de Sociale Verzekeringsbank (SVb), Edwin Jacobs bekend gemaakt. Hij reageert hiermee op de voorwaarde uit het Landspakket om de pensioengerechtigde leeftijd op te hogen naar 67. De Arubaanse regering heeft onderhandeld hierover, met als resultaat dat men is uitgekomen op 66 jaar. Jacobs vindt dit geen goede zaak.
Momenteel bevindt de oudedagsvoorziening AOV zich in een overgangssituatie. Kabinet Mike Eman heeft in 2014 de pensioenregelingen aangepast aan de nijpende financiële omstandigheden. De pensioengerechtigde leeftijd werd in tien jaar tijd met vijf jaar verhoogd, tot 65 jaar in 2024. De huidige regering moet nu beslissen om nog verder omhoog te gaan, omdat 65 jaar op termijn niet houdbaar blijkt. Dat betekent niet dat ouderen geen geld meer krijgen, maar dat de overheid de tekorten moet aanvullen. Een andere optie zou kunnen zijn om de pensioenpremies te verhogen.
De problemen komen voort uit de structuur van de AOV. De uitkeringen worden betaald uit de premies die de werkenden afdragen. De slechte economische omstandigheden tijdens de coronacrisis hebben geleid tot lagere premie-inkomsten. De financiële tekorten werden hierdoor vergroot. Die waren er al jaren, doordat er steeds meer ouderen komen, die steeds langer leven. Het aantal werkenden daalt echter, waardoor de inkomsten en uitgaven van de AOV steeds verder uit balans raken en de bodem van de reservepot in zicht komt.