ORANJESTAD – De Arubaanse overheid heeft in het eerste kwartaal van 2024 een netto bedrag van bijna 195 miljoen florin aan buitenlandse valuta gekocht van de Centrale Bank. Dit bedrag ligt 111,3 miljoen florin hoger dan in dezelfde periode in 2023. Deze toename wordt vooral veroorzaakt door de stijgende kosten van buitenlandse schuldaflossingen, waardoor de overheid meer valuta nodig heeft om aan haar betalingsverplichtingen in het buitenland te voldoen, aldus de Centrale Bank in haar kwartaalbericht.

De buitenlandse schuldeisers van Aruba zijn voornamelijk internationale financiële instellingen en investeerders die obligaties en leningen aan het land hebben verstrekt. In de afgelopen jaren heeft Aruba aanzienlijke bedragen geleend op de internationale kapitaalmarkten. Zo leende het land in augustus bijna 135 miljoen dollar tegen een rente van 6,3 procent om bestaande schulden af te lossen.

Daarnaast heeft Nederland een belangrijke rol gespeeld bij de herfinanciering van Arubaanse schulden. In 2022 herfinancierde Nederland bijvoorbeeld 346 miljoen florin van de Arubaanse overheidsschuld, waardoor de rentelasten voor Aruba daalden.

Afhankelijkheid

Het bedrag aan verkochte buitenlandse valuta weerspiegelt de druk op de overheidsfinanciën door internationale verplichtingen, waaronder rente- en aflossingsbetalingen. Door de noodzaak om grotere bedragen in vreemde valuta beschikbaar te stellen, geeft de Centrale Bank inzicht in de afhankelijkheid van Aruba van externe financiering.

De transactie tussen de Centrale Bank en de overheid wijst op de inspanningen van de bank om de stabiliteit van de Arubaanse florin te behouden. Tegelijkertijd moet de overheid nauwkeurig omgaan met haar buitenlandse schulden. Deze financiële ontwikkelingen beïnvloeden niet alleen de overheidsuitgaven, maar hebben ook gevolgen voor de reserves van de Centrale Bank, die hiermee de buitenlandse verplichtingen van het land blijft ondersteunen.