Nieuws op Aruba

Arubaanse overheid krijgt weer tik op de vingers omdat die zich niet aan de wet houdt

ORANJESTAD – De overheid van Aruba heeft van de rechter opnieuw een tik op de vingers gekregen. Zij moet binnen drie maanden inhoudelijk antwoord geven op het bezwaar van buurtbewoners van het Parkietenbos tegen de verleende hindervergunning voor de verbrandingsoven op de vuilstortplaats. 

Die hadden een kort geding aangespannen tegen de vergunning omdat die was verleend zonder de democratische rechtsregels in acht te nemen. Door middel van een zogenaamd Lob-verzoek werd duidelijk dat de vergunning was verleend zonder enige openbaarmaking en zonder belanghebbenden in de gelegenheid te stellen bezwaar te kunnen maken.

In een eerder vonnis tikte de civiele rechter de overheid al op de vingers en werd aan deze bevolen om de verdere oprichting en het verder al dan niet testmatig in bedrijf stellen van de incinerator per onmiddellijk te staken en gestaakt te houden tot het moment dat het Land een hindervergunning heeft verkregen. 

Opvallend

Het optreden van de Arubaanse overheid in de zaak van de verbrandingsoven wekt verbazing, aldus de bewoners, vertegenwoordigd door mr. Anouk Balentina, die zelf ook belanghebbende is.

“De overheid vond het niet nodig om op dit bezwaar te reageren en liet de wettelijke termijn gewoon voorbijgaan. Volgens de Landsverordening administratieve rechtspraak (LAR) wordt niet reageren geclassificeerd als een zogenaamde fictieve weigering, waartegen beroep bij de LAR-rechter mogelijk is”, aldus Balentina, die dat vervolgens ook deed.

De LAR-rechter gaf de overheid vervolgens een termijn om met een verweer te komen tegen het beroepschrift. Maar, ook nu weer vind de overheid het niet nodig om verweer te voeren. 

“De tactiek van niets doen door de overheid geeft hooguit vertraging in het proces, maar uiteindelijk dwingt de rechter het bestuur toch om, op grond van de beginselen van behoorlijk bestuur, inhoudelijk en gemotiveerd te reageren op ons bezwaar”, zegt Balentina.

Fictieve weigering

Balentina vindt dat de LAR-rechter het beroep niet terug had hoeven te verwijzen naar de overheid voor nadere inhoudelijke behandeling van het bezwaar. “De Arubaanse LAR stelt in artikel 9 namelijk expliciet dat een fictieve weigering, dus het uitblijven van een beschikking, wordt gelijkgesteld met een afwijzende beschikking en gewoon de eis in beroep dat de incinerator gesloten moest worden, kunnen toewijzen.”

Volgens Balentina zal het proces nu weer van voren af aan moeten beginnen. “Daarbij kan al bijna met zekerheid gesteld worden dat de overheid het proces weer op allerlei wijzen zal proberen te vertragen en te frustreren.”

Omdat de rechter geen dwangsom heeft opgenomen, die wel was geëist, is er nu geen stok achter de deur, volgens Balentina. “Dit geeft de overheid wederom de kans om niets te doen en de deadline te negeren. Dan treedt er opnieuw een fictieve weigering in en moet opnieuw de weg via de LAR-rechter gelopen worden.”

Processuele vertragingstactieken volgens Balentina. “Een inhoudelijke behandeling van het probleem, namelijk de eis om de incinerator te sluiten omdat deze niet voldoet aan wet- en regelgeving zal weer uitgesteld worden. En daarmee ook het recht van mij en andere buurtbewoners op een schoon en leefbaar milieu.”

Deel dit artikel